Blog from yacht Pendragon in the 1000 mile doublehanded race (Scheveningen (NL) - Bergen (NO) - Lerwick (Shetlands) - Bergen (NO). Starting June 16th 2011. Crew members: Jan Borgdorff (left) and Georges Kemmerling (right). Pendragon is a "Van de Stadt" 36 ft Excalibur from 1968. We are racing against modern yachts, but with an IRC rating which may help to even the score a bit.



maandag 11 juli 2011

Zondag 26 Juni

Start van de laatste "leg" van Lerwick naar Bergen.
Omdat ook de Fjord Sailing organisatie meedeed waren er zo'n 40 boten aan de start.
Voor de Shetlanders is dat een jaarlijks terugkerend evenement waarvoor de kades vollopen met publiek.
In het wedstrijdveld zat zelfs een Volvo Ocean Race open 60, genaamd Wolfpack, met allemaal afgetrimde blonde kerels in zwarte overals.
Ach dat geeft wat ongezonde associaties.....
Pendragon voor de start:
foto is aanklikbaar voor vergroting
De start was een kanonschot vanaf de pier van de Lerwwick Boating Club,
Vanaf de start was er een kruisrak van ongeveer 6 mijl om de zeearm uit te komen naar open water.
Het was spannend zeilen want er waren stroomverschillen en ook de wind draaide plaatselijk.
Als de lage wal uit steile rotsen bestond dan moest je er vlak lans zeilen, was het een glooiende heuvel dan moest je er weg blijven.
Je kon in een paar slagen zo een mijl voor liggen op een schip dat naast je lag.
Uiteindelijk rondde het veld de vuurtoren en de zuidelijkste kaap van het eiland dat voor Lerwick ligt en we zetten koers in oostelijke richting naar Bergen.

We hadden tussen de 17 en 19 knopen wind, een dikke 4Bft, en liepen rond de 6 knopen.
Jan had 's middags geslapen en hij nam om 20hr de wacht over.
We hadden aanvankelijk de Genakker bijstaan maar we wilden aan de zuidkant van de ideale lijn blijven dus zetten we de genua op.
De wind was Zuid Oost en we konden zuidelijker dan oost varen, ongeveer 95 graden.
Niet echt hoog aan de wind dus.
Om 11 uur hoorden we een knal en daarna geraas.
Ik keek vanuit mijn kooi naar Jan en hij keek met verbazing vanuit de kuip naar de lijzijde van het schip.
Toen hij wat zei, wist ik et al, DE MAST!!!
Een van de grootste angsten van elke zeiler is om eens zijn mast te verliezen.
Jan zei dat er geen direct gevaar was en dat ik tijd had om mijn reddingsvest met lifeline aan te trekken.
Daarna pakte ik de grote draadschaar vanonder de kajuittrap en ging aan dek.
De ravage die ik aantrok was schrikbarend en droevig tegelijk; trots schip, nu ronddobberende bende!
Tegelijk kwamen er een hoop vragen in mij op; hoe komen we thuis? Ben ik goed verzekerd? Onze vriendinnen zouden naar Noorwegen komen om mee terug te zeilen, afzeggen? Eerst iedereen bellen dat we OK zijn, ze kunnen ons immers op de tracker zien? etc.
Jan zat al in de werkstand; eerst de ravage opruimen, daarna plannen we de volgende stappen.
De mast hing rechtstandig naast het schip en het afgebroken stuk lag horizontaal over het dek. Alle stagen zaten nog vast.
Er stond 2 - 3 meter deining maar de mast beukte niet en er was geen gevaar voor lekkage.
We zijn toen gaan opruimen.
Het was lastig werken want het schip rolde erg en er was niets meer om je aan vast te houden.
Eerst haalden we de giek los en trokken het onderlijk van het grootzeil eruit.
Daarna de grootzeil val los en het grootzeil binnengehaald.
Dat was zwaar werk want het zeil lag onder water.
Als het schip naar het zeil toe rolde haalden we het zeil een stuk binnen en klemden het dan vast op de railing.
Rolde het schip naar loef dan trok het vanzelf het zeil verder op.
Jan knipte met een tang de sleetjes los.
We beveiligden de val-einden en deden daarna hetzelfde voor de genua.
Vervolgens hebben we de grootzeilval uit het gebroken onderstuk getrokken en aan de voorbolder vastgemaakt.
Daarna het andere einde dat van de top van de mast kwam op de schootlier in de kuip gezet en toen zijn we gaan draaien.
Langzaam kwam de mast horizontaal naast het schip te liggen met een zaling die schuin naar boven en naar buiten wees.
Daarna vanaf een tweede schootlier een stropje onder de mast doorgehaald en hem tot de rand van het dek opgetrokken.
Toen Jan aan de zaling trok rolde de mast op het gangboord tegen de scepters aan.
De val voor en achter hebben we toen verder aangespannen en daarna lag de mast stevig langszij.
Vervolgens hebben we de ronde gedaan met de zaklamp om te zien of er geen lijnen meer overboord hingen die in de schroef konden komen en daarna hebben we de motor gestart.
Het was nog 126 mijl naar Bergen. Met een snelheid van 5 knopen hadden we een brandstofgebruik van 2,5 liter. We rekenden dus op 25 uur  varen en 70 liter diesel.
Er zat 90 liter in de tank en we hadden nog een can met 20 liter.
Vervolgens hebben we via de iridium telefoon het racecomite gemeld dat we uit de race lagen, dat alles in orde was en dat we verder geen hulp nodig hadden.
Ook werden belden we onze vriendinnen, wat goed was want die zaten ongerust naar ons stilligend icoontje op de internetpagina te kijken en ze konden niet slapen.
Allen waren blij te horen dat we beiden gezond en levend waren.
In de ochtendnevel hadden we volgende aanblik:

De terugreis was zwaar! het schip had de wind en golven van opzij. 's Avonds nam de wind en de deining toe en we hebben vreselijk liggen rollen.
Tegen de ochtend, toen we de fjord van Bergen aanliepen, hebben we een zwaar onweer gehad. Er stond 38 knopen wind, een striemende regen die ons het zicht benam en blikseminslagen zo dichtbij dat je de Ozon kon ruiken.
Onder die omstandigheden en met behulp van de iPad zijn we rond 3 uur 's ochtends de fjord binnengelopen en om 8 uur maakten we vast aan de steiger bij Askoy.
We hebben daarna de mast aan de wal getakeld en met de zeilen in een loods gelegd. Vervolgens begon de coördinatie met de onze verzekeraar, Datacombinatie Yachtverzekeringen en het schadebureau Vijzelaar.Expertise. De vraag is nog of we in Noorwegen een nieuwe mast zetten en dan later naar huis zeilen, of dat we het schip naar Nederland laten transporteren en hier een nieuwe mast zetten. Hoe dat afloopt laat ik in een volgende post weten.
We hebben met Nanny en Yvette nog een weekje op de motor door de fjorden gevaren, prachtige plekjes gevonden om te ankeren en we hebben gezien hoe 200 Griend walvissen (pilot Whales) de fjord inzwommen achter een school vis aan.
Een geweldige laatste week dus en ook voor hen was de reis niet tevergeefs. We moesten wel allemaal terugvliegen en dat was zo niet gepland..
Nu zijn alle bemanningsleden terug in Nederland.
Wel vreemd om zo aan te komen zonder Pendragon!
Wordt vervolgd.
Georges Kemmerling